Voldoening natuurlijke verbintenis en erfbelasting
Gepubliceerd op 04-01-2024Een oudere man woont aan het einde van zijn leven alleen op de ouderlijke boerderij en heeft verder geen familie meer. Hij wordt jarenlang verzorgd door een huisvriendin die daarvoor geen beloning ontvangt. Na overlijden van de man blijkt dat hij aan de huisvriendin een legaat van € 50.000 heeft vermaakt. Is dit onbelast vanwege nakoming van een natuurlijke verbintenis?
Standpunt huisvriendin
Het opmaken van het testament bij leven van de man vormt de nakoming van een natuurlijke verbintenis. Daarom is sprake van een schenking die is vrijgesteld van schenkbelasting.
Oordeel Hoge Raad
De wet merkt als schenking aan de voldoening aan een natuurlijke verbintenis, maar bevat ook een vrijstelling van schenkbelasting voor een schenking ter voldoening aan een natuurlijke verbintenis.
Hieruit volgt echter niet dat een verkrijging krachtens erfrecht, zoals dit legaat, die berust op de voldoening aan een natuurlijke verbintenis, moet worden aangemerkt als een vrijgestelde schenking.
Het is de uitdrukkelijke bedoeling van de wetgever geweest om de algemeen geformuleerde vrijstelling voor verkrijgingen ter voldoening aan een natuurlijke verbintenis niet te laten gelden voor de erfbelasting. Volgens de wetsgeschiedenis heeft de wetgever juist willen voorkomen dat verkrijgingen uit een nalatenschap die plaatsvinden ter voldoening aan een natuurlijke verbintenis, in alle gevallen buiten de heffing van het successierecht zouden blijven. De wetgever heeft de vrijstelling van erfbelasting voor dergelijke verkrijgingen willen beperken tot de zogenoemde werknemersvrijstelling.
Let op: Als de oudere man tijdens zijn leven aan de huisvriendin af en toe een bedrag had overgemaakt, zouden dat waarschijnlijk wel vrijgestelde schenkingen zijn geweest. Maar de erfbelasting kent, anders dan de schenkbelasting, geen vrijstelling voor nakoming van natuurlijke verbintenissen.
Voldoening natuurlijke verbintenis en erfbelasting
Gepubliceerd op 04-01-2024Standpunt huisvriendin
Het opmaken van het testament bij leven van de man vormt de nakoming van een natuurlijke verbintenis. Daarom is sprake van een schenking die is vrijgesteld van schenkbelasting.
Oordeel Hoge Raad
De wet merkt als schenking aan de voldoening aan een natuurlijke verbintenis, maar bevat ook een vrijstelling van schenkbelasting voor een schenking ter voldoening aan een natuurlijke verbintenis.
Hieruit volgt echter niet dat een verkrijging krachtens erfrecht, zoals dit legaat, die berust op de voldoening aan een natuurlijke verbintenis, moet worden aangemerkt als een vrijgestelde schenking.
Het is de uitdrukkelijke bedoeling van de wetgever geweest om de algemeen geformuleerde vrijstelling voor verkrijgingen ter voldoening aan een natuurlijke verbintenis niet te laten gelden voor de erfbelasting. Volgens de wetsgeschiedenis heeft de wetgever juist willen voorkomen dat verkrijgingen uit een nalatenschap die plaatsvinden ter voldoening aan een natuurlijke verbintenis, in alle gevallen buiten de heffing van het successierecht zouden blijven. De wetgever heeft de vrijstelling van erfbelasting voor dergelijke verkrijgingen willen beperken tot de zogenoemde werknemersvrijstelling.
Let op: Als de oudere man tijdens zijn leven aan de huisvriendin af en toe een bedrag had overgemaakt, zouden dat waarschijnlijk wel vrijgestelde schenkingen zijn geweest. Maar de erfbelasting kent, anders dan de schenkbelasting, geen vrijstelling voor nakoming van natuurlijke verbintenissen.